16 monde van Zijn profeten heeft herhaald. De Zoon van Abraham, Die ook de Zoon van David is, zal Koning over Israël worden. Profeten als Jesaja en Micha laten ook zien: Zijn heerschappij zal zich uitstrekken tot de einden der aarde. Hij zal de Joden tot zegen zijn, maar ook de heidenen (Jes. 49:6; Micha 5:1-3). God heeft de belofte aan Abraham heerlijk vervuld: Christus Jezus is gekomen in de volheid des tijds (Gal. 4:4). En Hij heeft inmiddels Zijn vleugels uitgestrekt over vele volkeren. Uit tal van naties heeft Hij Zijn onderdanen tot Zich geroepen en verlost van zonden en schuld. Ontelbare mensen hebben de knie voor deze Koning der koningen gebogen. Zij delen in de geestelijke weldaden van het genadeverbond. Tegelijk blijft de belofte aan David van kracht: Christus ís en blijft ook Koning over Israël. Zei Gabriël dat ook niet tegen Maria toen hij Zijn geboorte aankondigde? ‘God, de Heere, zal Hem de troon van Zijn vader David geven. En Hij zal over het huis van Jakob Koning zijn in der eeuwigheid en Zijns Koninkrijks zal geen einde zijn’ (Luk. 1:32, 33). De Heere Jezus ís het: Koning der Joden. En de dag is nabij waarop heel Israël Hem als Koning zal erkennen (Rom. 9-11). Land God belooft Abraham en zijn nageslacht in het genadeverbond dat Hij sluit, ook land. ‘Ik zal u, en uw zaad na u, het land uwer vreemdelingschappen geven, het gehele land Kanaän, tot eeuwige bezitting’ (Gen. 17:8). Later herhaalt Hij deze belofte aan Izak: ‘Aan u en uw zaad zal Ik al deze landen geven en Ik zal de eed bevestigen die Ik Abraham, uw vader, heb gezworen’ (Gen. 26:3). Nog weer
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==