11 John Newton De kapitein van een slavenschip die dienaar van het Evangelie werd Wie John Newton zegt, zegt Amazing grace. Dit gezang van Newton heeft in heel de Engelssprekende wereld een plaats gekregen. Het is niet alleen binnen de kerken, maar ook daarbuiten bekend. Dit gezang was tijdens zijn leven bepaald niet het bekendste gezang van Newton. Dat werd het door de melodie waarop het in de negentiende eeuw gezongen werd op de katoenplantages in het zuiden van de Verenigde Staten van Amerika. Het gezang Amazing grace is eigenlijk een kleine autobiografie. Newton wist zich als een Saulus van Tarsen, die van een notoire vijand een vriend van het Evangelie werd. Onder zijn tijdgenoten herkende hij zich in kolonel James Gardiner (1688-1745). Deze hoge officier kwam na een losbandig leven tot bekering. Na zijn dood werd zijn leven beschreven door Philip Doddridge. Toen Newton in 1752 op zee dit boek voor het eerst las, was hij vaak tot tranen toe bewogen. Newton zelf heeft ons ingelicht over de eerste helft van zijn leven tot in de tijd dat hij werkzaam was bij de havendouane van Liverpool. In een achttal brieven schreef Newton aan John Fawcett (1740-1817), predikant van een baptistengemeente,
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==