Vuur over Londen

8 dat dit nog wel een tijdje kan duren. En zijn vader heeft gelijk gekregen. Toen ze met de boot in de haven van Harwich aanlegden, had niet zijn moeder op de wal gestaan, maar stonden er politieagenten. Die moesten alle papieren zien en drukten stempels, net zoals de nazi’s hadden gedaan toen de boot vertrok uit Hamburg. De grote rode J staat nog steeds in het paspoort van zijn vader, maar de politieagenten waren niet onvriendelijk tegen hen geweest. ‘Dit is barak 10,’ zegt de man die met hen is meegelopen en de deur voor hen openhoudt. ‘De mannenbarak. Hier is nog plaats genoeg.’ Ze komen in een soort halletje en lopen daarna door een lage opening, waarna ze in een schemerige ruimte komen waar lange rijen stapelbedden staan. In de meeste bedden liggen geen matrassen of dekens. Het ruikt erg muf en de ruimte heeft meer weg van een donkere schuur dan van een huis. ‘Zoek maar een bed uit!’ zegt de man. ‘Daar ligt alles wat je nodig hebt.’ Hij wijst naar een stapel matrassen en dekens onder het raam. Hans en zijn vader pakken een matras en zoeken een plekje ergens achter in de zaal. Hans laat zich op bed vallen. Hij heeft de afgelopen nacht nauwelijks geslapen. Gisteravond laat zijn ze met de boot in Engeland aangekomen. Maar in plaats van te slapen, heeft hij vannacht de afgelopen weken nog een keer voorbij zien komen. Hij dacht aan Eva, die nu met haar moeder in Cuba is en met wie hij veel heeft opgetrokken op het schip. Het kompas dat hij van haar heeft

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==