Als je alles van me weet

7 ‘Oh, dan heb je geluk.’ Ze gaat haar voor de trap op. ‘Je moet op de eerste verdieping zijn. Ken je al kinderen uit je klas?’ Het meisje schudt haar hoofd. ‘We zijn pas verhuisd.’ Even kijkt Joyce haar van opzij aan. Het is wel heel sneu om alleen op een vreemde school te beginnen. ‘Je hebt vast zo een vriendin.’ Het is er al uit voordat ze er erg in heeft. Hoe kan ze dit nu ooit beloven? ‘In dit lokaal moet je zijn.’ Van de andere kant komt ook een groep brugklassers aanlopen. ‘Dank je.’ Joyce glimlacht. ‘Graag gedaan.’ Haar nieuwe mentor staat al bij de deur te wachten. ‘Net op tijd.’ ‘Hallo, ik moest een brugklasser helpen.’ Ze geeft de lerares een high five. ‘Goedemorgen.’ De enorme knot op het hoofd van de docent wiebelt als ze zich omdraait. ‘Aardig van je. En jij bent?’ ‘Joyce.’ ‘Fijn dat je er bent.’ Noor gebaart naar de lege tafel naast haar. ‘Ik heb hier een plek voor je.’ Zodra iedereen zit, sluit mevrouw Verdouw de deur. ‘Welkom iedereen. Ik heb er heel veel zin in om dit jaar jullie mentor te mogen zijn. 3-Havo is een bijzonder jaar. Dit jaar moet je kiezen welk profiel je volgend jaar gaat doen. Natuurlijk kunnen wij je daarbij helpen.’ Ze gaat op haar bureau zitten. ‘Straks gaan we eerst kennismaken en daarna het introductieprogramma afwerken. Dit is een christelijke school en daarom wil ik beginnen met gebed.’ ‘Dat doen we nooit,’ merkt Stijn op. De docent knikt. ‘Ik weet dat veel docenten het overslaan, omdat ze dat zelf niet gewend zijn. Maar het is officieel de regel dat het gedaan wordt.’ ‘Meneer Huisman begint ook altijd met gebed,’ brengt Noor in. ‘Daarom.’ Mevrouw Verdouw vouwt haar handen. ‘Zo nieuw is het

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==