Volkomen betaald

VOLKOMEN BETAALD

DS. P. MULDER DEN HERTOG - HOUTEN Volkomen betaald Dagboek bij de Catechismus

© 2025 Den Hertog B.V. Houten ISBN 978 90 331 3356 5 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij digitaal, elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Woord vooraf Van de jonge gemeente in Jeruzalem lezen we dat ze volhardende waren in de leer der apostelen (Hand. 2:42). Het is ook voor ons nodig om elke dag stil te staan bij deze leer die naar de godzaligheid is. In onze bekende Heidelbergse Catechismus hebben we van deze Bijbelse leer een voortreffelijke weergave. Daarom leek het mij een goede gedachte een dagboek samen te stellen aan de hand van onze Heidelberger. Daarmee komen in de loop van een jaar vele belangrijke zaken vanuit de Bijbel aan de orde. Eruit onderwezen te worden en erover te mediteren, is een goede zaak. Wie de verborgen omgang met de Heere zoekt, zal zeker de omgang met het Woord begeren. Een geschikte gelegenheid daartoe is om een jaar lang door de Zondagen van ons leer- en troostboek heen te wandelen. De Heere moge dit dagboek door Zijn Heilige Geest tot zegen stellen in ons persoonlijk leven. Koudekerk aan den Rijn, najaar 2025 P. Mulder vdm

1 januari Zondag 1 Samenvatting van de geloofsleer Wat is uw enige troost, beide in het leven en sterven? Eens stelde de Heere Jezus aan de discipelen een indringende vraag: ‘Wilt gijlieden ook niet weggaan?’ Petrus gaf een antwoord recht uit zijn hart. ‘Heere, tot Wien zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens’ (Joh. 6:68). Hier bleek hoe het stond met zijn levensanker. Wat is ónze basis? Dat is beslissend in ons leven. In de eerste vraag van onze Catechismus wordt daarnaar gevraagd. ‘Wat is uw enige troost?’ Als het erop aankomt, wat is dan het houvast, het fundament van uw, van jouw leven? Vandaag denken velen daar het hunne van. Maar er is maar één werkelijk houdbaar fundament. Petrus bracht het zo onder woorden: dat bent U, Heere, in de woorden die U spreekt. Eigenlijk doet de kerk van alle eeuwen hetzelfde in haar belijdenis. Er wordt gevraagd naar haar enige troost. En dat in leven en sterven. Wat geeft nu werkelijk houvast? De kerk gaat dan belijdenis afleggen van het geloof in Christus haar Zaligmaker. En van de Drie-enige God. De Catechismus geeft een goede samenvatting van de geloofsleer zoals deze in de Bijbel staat. Mensen halen er soms van alles uit wat hen van pas komt. Daarom is het zo waardevol dat de kerk der eeuwen de hoofdzaken van de leer der apostelen en profeten in de Catechismus heeft weergegeven. Niet om iets in de plaats van de Bijbel te stellen. De Bijbel alléén is het Woord van God. Maar de kerk heeft hoofdpunten uit de leer van de Schrift in onze Catechismus samengebracht. Daarbij heeft ze door middel van verwijsteksten die eronder staan steeds verwezen naar waar dat in de Bijbel staat. De eerste christengemeente was ‘volhardende in de leer der apostelen’. Biddend waren ze dat. Want om echt de leer te verstaan en het geloof te belijden, is de Heilige Geest onmisbaar. Alleen de Geest maakt levend en leidt in de waarheid. Dat doet Hij vanuit het Woord. Deze hartenzaak is voor ons van levensbelang. En voor het sterven absoluut noodzakelijk. Heel persoonlijk. Verstaan we dat? Lezen: Johannes 6:60-69

Zondag 1 2 januari Persoonlijk Wat is uw enige troost, beide in het leven en sterven? De leer die naar de godzaligheid is, staat in de Bijbel. Deze leer bevat bijbelse waarheden en daarmee ook historische feiten. Allereerst bijbelse waarheden, zoals zonde en genade, geloof en bekering, gebod en gebed. Ter sprake komen ook historische feiten, zoals schepping en zondeval, de kruisdood van Christus en Zijn opstanding, de openbaring van Gods heil in de tijd en in het hart van een zondaar, de wetgeving op de Sinaï en de oordeelsdag in de voleinding der tijden. De Catechismus maakt deze dingen steeds persoonlijk: wat is uw troost? Het antwoord is even persoonlijk: dat ik met lichaam en ziel... Wat Gods Woord ons leert, is absoluut waar. Het is objectief de waarheid. Of men het gelooft of niet. Naar dit Woord zal ieder van ons geoordeeld worden. Maar zal het tot zaligheid zijn, dan is persoonlijke toe-eigening onmisbaar. Dat werkt en daarvan verzekert de Heilige Geest. Laat het ons gebed toch zijn: Heere, maakt U mij Uw wegen door Uw Woord en Geest bekend. Dat is nodig, opdat wij geestelijk tot leven zullen komen. En dat gebed en dat werk blijven steeds en tot het einde toe nodig. Wij mensen zijn zoveel met onszelf in de weer. De een wat bedekter, de ander openlijker. Het gaat ten diepste telkens weer over en om onszelf. Dat is al sinds de zondeval. In Gods goede schepping was het zo anders. God schiep ons naar Zijn beeld en gelijkenis; we waren op God gericht. Dat kunnen we zien in de Heere Jezus. Hij is de enige Mens op aarde geweest Die zonder zonde en geheel tot verheerlijking van God heeft geleefd. De geloofstaal van antwoord 1 heeft het over verlossing. Door die verlossing is degene die antwoord geeft niet meer van zichzelf, maar het eigendom van een Ander. Daarvoor heeft die Ander, de Heere Jezus Christus, een dure prijs betaald. De prijs van Zijn leven en bloed. Wat een groot wonder voor een mens die zondaar is! Lezen: 2 Petrus 1:16-21

3 januari Zondag 1 Volkomen betaald Dat ik ... mijns getrouwen Zaligmakers Jezus Christus eigen ben, Die met Zijn dierbaar bloed voor al mijn zonden volkomenlijk betaald heeft... In het antwoord op de eerste vraag van onze Catechismus kijken we een ware gelovige in het hart. Hier lezen we het vaste getuigenis van een kind des Heeren. Hij mag door het geloof weten Wie de Drie-enige God in Christus voor hem geworden is. Hij leeft niet meer voor eigen rekening, maar de Heere heeft hem in Zijn genade voor Zijn rekening genomen. Dat is wel een heel groot wonder voor een in zichzelf verloren adamskind! Want door onze afval van de almachtige en goedertieren Schepper en door onze dagelijkse zonden staan we in de schuld bij God. Elke overtreding van Gods heilige wet maakt onze schuld groter. Gevoelen we dat? Is dat ons tot nood geworden? Is er een afhankelijk uitzien in deze belangrijke zaken onderwezen te mogen worden in het hart? Wat kan er in het verslagen hart een hunkering zijn naar genade, die gepredikt wordt. Bent u hartelijk bedroefd over de zonde? En ben jij in dat bedroefd-zijn om God verlegen? Dan is hier de echte boodschap van troost. In dit antwoord lezen we een rijk geloofsgetuigenis: mijn getrouwe Zaligmaker heeft voor al deze schuld van mij volkomen betaald. Hij is in de plaats gaan staan van deze schuldenaar en heeft voor hem de straf volkomen gedragen. Daartoe heeft Hij het schuldoffer gebracht. Zo zorgde Christus voor al de Zijnen voor verzoening met God. Degene die antwoord geeft mag door het geloof getuigen dat hij nu het eigendom is van deze Zaligmaker. Wij mensen willen zo graag (van) onszelf zijn. Eigen heer en meester, los van God. Maar dan zijn we in zonden verloren en moeten zelf de schuld dragen en betalen. Klaagt ons dat weleens aan? Hebben we met deze levensnood een plaats bij de Heere mogen zoeken, en door de leringen van Zijn Woord en Geest een plaats bij Hem ontvangen? Dan mogen we met onze zielennood genezing zoeken en vinden onder de schaduw van Zijn vleugelen. Lezen: Romeinen 5:1-11

Zondag 1 4 januari Verlost Dat ik ... mijns getrouwen Zaligmakers Jezus Christus eigen ben, Die ... Mij uit alle heerschappij des duivels verlost heeft... Wij mensen hebben ons van God losgescheurd. En in de zonde hebben we ons leven gevonden. Dat is al gebeurd toen wij in Adam ons hart openstelden voor de leugens van de zonde. Toen heeft de duivel heerschappij over ons gekregen. De Heere Jezus hield het de Joden voor: ‘Gij zijt uit den vader den duivel en wilt de begeerten uws vaders doen.’ De Joden wezen deze boodschap verontwaardigd af. Zij zeiden: ‘Wij zijn kinderen van Abraham.’ Jezus leerde dat díé mens alleen echt vrij is, die door de Zoon vrijgemaakt is. Anders zijn en blijven we dienstknechten van de zonde. Jongere, geloof je dat? Of denk je: ik wil mijn eigen vrijheid houden. Ben je dan echt vrij? Zijn er geen zondemachten in jouw leven? De Heere kan ons wel laten voelen hoe onvrij we zijn. De leerling mag door het geloof getuigenis geven van vrijmaking van deze slavernij der zonde. Christus heeft hem van alle heerschappij des duivels verlost. Historisch en voorwerpelijk heeft Hij dit gedaan toen Hij op aarde was. Toen heeft Hij de sterkgewapende gebonden om hem zijn vaten te ontroven (Mark. 3:27; Luk. 10:18). Christus komt in het persoonlijke leven van de Zijnen om hen van de duivel te verlossen. Hij verlost hen uit ‘alle heerschappij des duivels’. Dat betekent: uit de totale heerschappij, uit zijn overheersing. Hebben ze dan nooit meer last van hem? Helaas wel. Maar ze zijn niet meer in zijn macht. Ze zijn van (K)koning, van (E)eigenaar veranderd. Hoe is dat bij ons? Onder welke invloedssfeer leven wij? Christus is de Verlosser van Zijn volk. Dan komen ze in de strijd terecht, maar de overwinning is des Heeren. Als ze in hun aanvechting bij Hem mogen schuilen, heeft satan geen vat meer op hen. Als ze door het geloof tot Christus mogen vluchten, op Hem mogen zien, dan moet satan het verliezen. Dan wordt ervaren dat zij door Christus van hem verlost zijn. Zoek dat maar. De Heere is bij machte het te geven. Lezen: Johannes 8:31-47

5 januari Zondag 1 Met lichaam en ziel Dat ik met lichaam en ziel, beide in het leven en sterven, niet mijn, maar mijns getrouwen Zaligmakers Jezus Christus eigen ben... In Adam hebben wij allen God, onze goede Schepper, verlaten. Daardoor zijn we allerhande ellendigheid onderworpen. Naar lichaam en ziel. De zondeval betreft de hele mens. Er zijn veel lichamelijke ziekten en zorgen. Wat is er veel ellende bij mensen. Misschien hebt u zo ook uw kruis. Soms zijn er veel innerlijke spanningen en angsten. Psychische nood kan groot zijn. De levenslast kan zwaar zijn. Misschien weet u daar ook wel van. Wie zal dan levenstroost bieden? De Heere Jezus kocht de Zijnen met lichaam en ziel. Dat bracht Hem in lichaamslijden en gaf Hem de angst der ziel. Maar Hij bleef zonder zonde en heeft overwonnen in Zijn opstanding. Zo is Hij Zaligmaker van de Zijnen naar lichaam en ziel. Daarom mogen ze met alle nooddruft in het natuurlijke en in het geestelijke bij Hem toevlucht zoeken. Werp al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u. Soms wil Hij het kwade van ons weren, soms wil Hij het ten beste keren. De ene keer bewaart Hij voor benauwdheid, de andere keer is Hij in de benauwdheid bij hen. Zo mag het kind naar de Heere vragen; zo weet Hij van Zijn schaap. In de strijd van het leven wil de Heere door het geloof doen ervaren dat Hij van hen weet. Juist als ze zichzelf mogen verloochenen en aan de Heere mogen onderworpen worden en zijn. Dan wil Hij Zijn nabijheid en vertroosting betonen. En bij het sterven worden ze voorgoed verlost van het lichaam der zonde en van de machten van de boze. Christus heeft plaatsbekledend de helse angst doordragen. Hij is in de geestelijke dood geweest. Zo weet Hij de Zijnen hiervan te bevrijden en in de gemeenschap met God te leiden. Wat kunnen ze met vreze des doods bezet zijn. Dan missen ze alle troost. Maar als Hij het geloofsoog op Hem gaat richten, worden bergen vlak en zeeën droog. Hoe liggen deze zaken in ons leven? Lezen: 1 Petrus 5:1-9

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==