DEN HERTOG - HOUTEN Je mag er zijn GEA VELDKAMP
© 2025 Den Hertog B.V., Houten ISBN 978 90 331 3363 3 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij digitaal, elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
9 HOOFDSTUK 1 ‘Nee!’ roept Lisanne uit. Waar grijpt ze nu weer met haar vingers in? Met een vies gezicht schuift ze een van de verpakkingen naar voren. Er volgt een wit spoor van meel. Hoe kan dit nu weer? Oei, laat Levi het maar niet zien. Levi, met zijn vervelende grijns, is de leidinggevende van de vulploeg. Hij is slechts enkele jaren ouder dan Lisanne. Met zijn opschepperige praatjes irriteert hij haar. Hij weet het altijd beter en laat dat duidelijk horen ook. Het lijkt wel alsof hij de baas van de supermarkt is. Traag komt ze overeind, klopt haar rok af en tuurt ondertussen door de paden van de supermarkt. Ze houdt haar adem in. Gelukkig, Levi staat helemaal aan de andere kant van de winkel bij de kassa’s. Ze hoopt dat hij daar nog even blijft. Ze is zijn spottende blikken op haar eerste werkdag nog niet vergeten. Hoe kon zij nu weten dat spiegelen helemaal niets met een spiegel te maken heeft? Maar dat ze er in de winkel mee bedoelen dat je producten naar voren plaatst, zodat het schap goed gevuld lijkt. Wat voelde ze zich dom. Aan de gezichten van haar collega’s zag ze wel dat ze zoiets echt hoorde te weten. Nee, die eerste weken in de supermarkt vielen niet mee. Het is dat ze dat extra zakcentje maar al te goed kan gebruiken, anders had ze haar baantje per direct weer opgezegd! Ook deze middag is het haar taak om de producten naar voren schuiven. Lisanne kijkt opzij. Haar collega-vakkenvullers zijn in een andere
10 rij bezig. Ze bijt een tel op haar lip en buigt dan weer door haar knieën. Zouden er meer verpakkingen kapot zijn? Met een bedenkelijk gezicht steekt ze haar hand uit en haalt een ander pak tevoorschijn. Er dwarrelt nog meer poeder op de grond. Ook deze zak is kapot. Lisanne aarzelt. Wat moet ze hier mee? Bij Levi melden? Haar hart begint er nu al van te bonken. Dan weet ze zeker dat ze de wind van voren krijgt. Wacht, ze zet de kapotte verpakkingen gewoon achteraan. Niemand die er last van heeft. Ze schuift wat meel op een hoopje naar achteren. Met haar schoen veegt ze de restjes onder het schap. Nu gauw weer verder, anders is ze niet op tijd klaar. Voorzichtig schuift ze de rest van de verpakkingen met bloem naar voren. Zo, dit heeft ze toch maar mooi opgelost. Haar hart slaat weer zijn vertrouwde ritme en haar gedachten glijden terug naar de zomervakantie. Twee weken heeft ze met haar ouders en haar broertjes Lucas, Sem en Ruben doorgebracht in het huis van hun oom en tante. Van tevoren had ze er totaal geen zin in. Wat stelde een vakantie dicht bij huis voor en dan ook nog in het huis van familie? Al haar klasgenoten spraken uitgebreid over een vakantie naar het buitenland. Alleen zij niet. Nee, haar ouders hebben daar geen geld voor. Maar wat heeft ze ernaast gezeten. Een warme tinteling kruipt omhoog en er breekt een lach op haar gezicht door. Twee weken op fietsafstand van het strand, hoe geweldig was dat? Direct bij hun eerste bezoek aan het strand kwam ze een vijftal leeftijdsgenoten tegen. Samen hebben ze zich uitstekend vermaakt. Hoe groot was de verrassing dat ze verbleven op een camping in hetzelfde dorp. Sinds de vakantie appt ze nog regelmatig met hen. Lisanne schrikt op uit haar dagdromerij en werkt snel weer door.
11 Ondertussen houdt ze nauwlettend in de gaten of Levi zich laat zien. Op de een of andere manier is zij vaak als een van de laatsten klaar met haar rij. Soms denkt ze wel eens dat Levi haar expres meer werk laat doen, dat haar kar gewoon voller zit dan die van een ander. Levi benadrukt vaak dat ze nog veel – en dan vooral de nadruk op veel – te leren heeft. Lisanne knijpt haar ogen tot spleetjes en laat haar blik door het gangpad glijden. Snel pakt ze het volgende pak als ze wordt aangesproken door een mevrouw. ‘Ach meisje, mag ik je wat vragen?’ Lisanne aarzelt een tel. Ze veegt een lok die ontglipt is aan haar paardenstaart achter haar oor. ‘Weet jij waar ik de koffiemelkpoeder kan vinden? Ik heb nogal haast, want ik krijg bezoek en nu was de poeder helemaal geklonterd. Dat kan ik mijn gasten echt niet voorzetten.’ Lisanne grinnikt zacht. Ze ziet het al voor zich. Een kamer vol met mensen. En dan koffie met klonten. Huh, ze rilt ervan. ‘Oh ja mevrouw, ziet u daar het schap met de chocolaatjes?’ wijst Lisanne haar met een vriendelijke lach aan. ‘Daar tegenover staat de koffiemelk.’ De dame loopt naar het schap. Daar steekt ze haar duim op als ze het gevraagde vindt. Lisannes lach wordt breder. Een klant helpen doet ze honderdmaal liever dan dat suffe spiegelen. Maar ja, ze mag nog niet achter de kassa, daar is ze te jong voor. Met een zucht zakt ze weer door haar knieën op de harde vloer en gaat verder waar ze gebleven is. Ze droomt weer weg naar de zomervakantie. Vooral naar de laatste avond. Ze was uitgenodigd voor het kampvuur op de camping. Er kwam een stoere jongen het veld op lopen. Direct maakte haar hart een rare salto. Zijn dikke bos krullen omlijstten zijn diepblauwe ogen. Wow, deze jongen was het aankijken meer dan waard! Niet dat ze zich zo met vriendjes bezighield, niet zoals de meiden van haar klas, maar toch...
12 Tot haar verbazing was hij bij het kampvuur naast haar gaan zitten. Hij stelde zich voor als Joshua. Ze stamelde van schrik haar naam en verder bleef het stil. Maar het had hem niet weerhouden om te blijven zitten. Na die eerste tien minuten die hij naast haar volhield, hebben ze die avond eindeloos gekletst. Over van alles en helemaal niks. Oh, wat baalde ze ervan dat ze de dag erna naar huis zouden gaan. Had ze eindelijk iemand gevonden waar ze eindeloos mee kon kletsen. En nog een knappe jongen ook. Nee, die nacht heeft ze geen oog dichtgedaan. Steeds maar weer hield ze zich voor dat ze hem toch nooit meer zou zien. Daar kon zelfs het uitwisselen van telefoonnummers niets aan veranderen. Lisanne slaakt een zucht. Inmiddels is ze bij het volgende schap aangekomen. Gelukkig spreekt ze Joshua nog weleens via de app. Nu het schoolleven weer voor de deur staat, merkt ze dat Joshua naar de achtergrond schuift. Morgen starten de lessen weer. Pff, ze kijkt nu al uit naar de volgende vakantie! Dan hoort ze ineens voetstappen aankomen. Iemand zegt iets. Lisanne kijkt op en ziet aan de andere kant van het gangpad Levi staan. Snel bukt ze zich voorover en gaat ijverig aan de slag. Ze heeft geen tijd voor dromerijen. Straks laat ze nog een doos eieren vallen. Nee, ze kan beter goed haar hoofd erbij houden. Dit baantje heeft ze maar al te hard nodig. Zo breed hebben ze het thuis niet. Het weer past bij haar humeur, schiet het door Lisanne heen als ze zich de volgende dag klaarmaakt voor school. Een guur en winderig weertype heeft het zomerse zonnetje resoluut verdrongen. Rillend in haar dunne zomerjas brengt ze haar fiets in beweging. Oh, wat moest ze vanmorgen op gang komen. Maar goed dat de eerste les van het nieuwe schooljaar pas om tien uur begint. Anders had ze het vast voor elkaar gekregen om te laat te komen. Een windvlaag speelt met haar blonde haren. Ze verlangt terug naar
13 die heerlijke weken aan de kust. Voor haar springt het verkeerslicht op oranje. Lisanne trapt hard door en steekt vlug over. Eigenlijk is ze ook wel nieuwsgierig naar wat het jaar haar brengen zal. Nog een rotonde en dan komt de school in zicht. Het is al druk als ze bij het fietsenhok komt. Gelukkig, rechts opzij ziet ze nog net een plekje. Vlug zet ze haar fiets op slot en zwaait haar tas op haar rug. Op naar lokaal B06, daar heeft ze straks haar eerste les, een mentorles nog wel. Het uitnodigende mailtje van haar nieuwe mentor mevrouw Bakker was helder genoeg. Vanmorgen gaan ze eerst kennismaken met elkaar. Alsof ze haar klasgenoten na al die jaren nog niet kent. En vervolgens wil haar mentor het een en ander afstemmen. Pff, denkt ze echt dat het dit jaar anders zal gaan? Ze wilde dat het zo was. Maar nee, haar klasgenoten zullen echt niet ineens veranderd zijn in een paar weken. Maar wacht, hoe zei Joshua het ook alweer, toen ze hierover klaagde? ‘Jij kunt je anders opstellen. Verander waar je invloed op hebt en accepteer de rest.’ Lisanne glimlacht, echt een wijze opmerking van Joshua. Waar haalt hij die levenswijsheid toch vandaan? Voor het lokaal staat al een groepje klasgenoten te wachten. ‘Hallo allemaal,’ begroet ze hen, opgewekter dan ze zich voelt. Er klinkt een flauw gemompel als antwoord. Mirthe en Sara kijken even op, maar gaan al snel weer verder met hun gesprek. Tim laat zijn tas met een plof op de grond zakken. Alleen Laurens beantwoordt haar groet. ‘Ha Lisanne, goede vakantie gehad?’ Lisanne slikt. Wat zouden haar klasgenoten ervan vinden als ze horen waar zij is geweest? Maar dan recht ze haar rug. ‘Jammer dat het zo kort was,’ zegt ze dan neutraal. ‘En jij?’ Laurens begint enthousiast te vertellen waar hij die zomer allemaal is geweest. De anderen hangen aan zijn lippen. Lisanne duikt steeds verder in elkaar. ‘Wow wat een vakantie zeg!’ reageert ze. Haar stem klinkt schel en gemaakt.
14 ‘Dag mensen,’ klinkt de heldere stem van mevrouw Bakker. ‘Hoe is het?’ Opnieuw voert Laurens het hoogste woord. Mirthe en Sara praten maar wat graag mee. Mevrouw Bakker glimlacht en doet de deur van het lokaal van slot. ‘Ik hoor het al. Jullie hebben je wel vermaakt. Nou jongens, dan wordt het nu weer tijd om aan de slag te gaan.’ Een storm van protest klinkt. Ook Lisanne doet eraan mee. Onvoorstelbaar eigenlijk dat er mensen zijn die het leuk vinden om op een school te werken. Het lijkt haar een hopeloze zaak. In het lokaal zoeken haar klasgenoten een plekje. In een mum van tijd weet iedereen elkaar te vinden en zijn alle tweetallen gevormd. Lisanne staat er een beetje beduusd bij te kijken. Alleen het plekje vooraan in de middelste rij is nog vrij. Zit ze tóch weer alleen. Ieder jaar neemt ze zich voor om direct een plekje te kiezen, zodat ze niet overblijft en toch overkomt het haar nu weer. Ze kijkt om zich heen. Hé... In de deuropening staat een meisje alles te bekijken door een grote ronde bril met een zwart montuur. Hij past precies bij de kleur van haar haren en haar ogen. Lisanne neemt haar nauwgezet in zich op. Het meisje loopt naar haar toe en steekt haar hand uit. ‘Hi, ik ben Joy en wie ben jij?’ zegt ze met een zachte stem. Lisanne slikt. Ze aarzelt. De stem van het meisje klinkt vriendelijk genoeg, maar dat accent? Dan steekt ze haar hand uit. Het maakt toch niet uit hoe iemand praat? ‘Hoi, ik ben Lisanne,’ mompelt ze. Ondertussen kijkt ze over haar schouders waar de andere meiden zijn gaan zitten. Misschien is er nog een plekje vrij. Vanuit haar ooghoeken ziet ze Tim iets gebaren naar zijn vriend Coen. Hij bootst met zijn vingers een bril op zijn neus na. Het is wel duidelijk wat hij daarmee bedoelt. Wacht, voor Laurens en Sander is nog een lege tafel. Met grote
15 stappen loopt ze ernaartoe. Vlug gaat ze zitten en ze legt ze haar tas op de andere stoel. Mevrouw Bakker tikt met haar ring op een tafeltje vooraan. ‘Zo, als iedereen gaat zitten en even zijn mond dichthoudt, dan kan ik kort – en ja, ik bedoel echt kort – het een en ander uitleggen. Zoals je weet, staat er deze maand een sportief uitje op het programma om elkaar wat beter te leren kennen. Verder wil ik het hebben over de verplichte huiswerkuren. Ik houd een absentielijst bij. Niet aanwezig betekent het uur dubbel inhalen.’ ‘Maar mevrouw,’ zucht Tim overdreven. ‘Wat bent u streng!’ Lisanne steekt haar vinger op. ‘Mevrouw, is de datum van het uitje al bekend?’ vraagt ze. Het klinkt voor de anderen misschien alsof ze er met plezier naar uitkijkt. Maar het maakt haar juist onzeker. Uitstapjes probeert ze zoveel mogelijk te mijden, want die kosten geld. En dat is er thuis niet. Mevrouw Bakker schudt haar hoofd. ‘Nog niet, morgen weet ik meer. Vanmiddag heb ik nog overleg met de collega’s van de andere klassen.’ De mentor pakt haar papier erbij. ‘Even kijken. Sportactiviteit. Huiswerkuur. Oh ja, wacht. Een klassenplattegrond.’ Ineens praat iedereen door elkaar. Mevrouw Bakker wappert met het papier om de orde te bewaren. ‘Waarom? We zijn toch geen kleuters meer?’ schreeuwt Tim er bovenuit. ‘Monden dicht!’ roept mevrouw Bakker. Een rode blos trekt over haar gezicht. Maar het lawaai gaat onverminderd door. Het geluid van opgewonden stemmen mengt zich met het schuiven van stoelen over de harde vloer. En dan ineens gaat Laurens staan. ‘Jongens, monden dicht, mevrouw Bakker wil iets zeggen.’ Iedereen gaat weer rustig zitten en houdt zijn mond. Mevrouw Bakker, duidelijk opgelucht, knikt hem dankbaar toe.
16 Lisanne grinnikt. Die Laurens toch! Na al die jaren heeft hij een speciale plek in haar hart. Hij is immers het vriendje uit haar basisschooltijd. Wat hebben ze samen veel op hun fietsjes door de buurt gecrost. Ook al lijkt Laurens nu niet veel meer van haar te willen weten en gaat zijn aandacht vooral uit naar meiden als Mirthe en Sara. Zij hebben een vlotte babbel en zijn het aankijken meer dan waard. Toch kan ze Laurens niet uit haar hoofd zetten. Dat verandert zelfs Joshua niet. ‘Dit is wat ik met de andere mentoren heb afgesproken,’ zegt mevrouw Bakker snel. ‘Maar goed, iedereen heeft nu een plek. Dan doen we het toch zo?’ Er verschijnen enkele vingers in de lucht. ‘Mevrouw, mag ik nog ruilen?’ Mevrouw Bakker zucht eens diep. ‘Jullie krijgen vijf minuten en de plek waar je dan zit, zet ik op de plattegrond.’ Lisanne tuurt naar haar oude sneakers. Tsjonge, wat een toestand om niks. Ze draait zich om en kijkt door het raam naar buiten. Ach, wat maakt het ook uit? Ze zat vorig jaar ook altijd alleen. ‘Is dat plekje naast je nog vrij?’ vraagt Joy ineens. Lisanne kijkt op. Haar hart slaat een slag over. Het is voor het eerst dat er iemand naast haar komt zitten. ‘Ja hoor,’ zegt ze dan. Meer woorden maakt ze er niet aan vuil. Eigenlijk weet ze niet zo goed wat ze hiervan moet denken. Alleen zitten heeft ook zo zijn voordelen. ‘Vijf minuten zijn om,’ roept Laurens. ‘Nou mevrouw, succes met die plattegrond.’ ‘Ach, zo’n plattegrond wordt toch niet gebruikt,’ moppert Tim. Lisanne grinnikt zacht. Diep in haar hart moet ze hem gelijk geven. De meeste docenten hebben zo hun eigen gebruiken. En een plattegrond staat echt niet bovenaan. Ze stoot Joy aan. ‘Volgens mij heeft Tim een punt...’ Maar er komt geen reactie. Haar klasgenootje lijkt haar niet eens
17 te horen. Ze zit helemaal voorovergebogen iets te lezen. Lisanne snapt er niks van. Wat doet ze toch? Of... Lisanne schiet overeind. Zou Joy echt het lef hebben om op de eerste dag haar smartphone mee te nemen in de les? Daar wil ze meer van weten. Nieuwsgierig schuift Lisanne een beetje dichter naar haar toe. Ineens komt Joy overeind. Ze stoten hun hoofden tegen elkaar. ‘Au!’ roept Joy uit, wrijft eens over haar voorhoofd en barst vervolgens in een schaterlach uit. Lisanne krijgt het er warm van. Ook zij wrijft over haar pijnlijke hoofd, maar dan draait ze zich snel om. Voordat Joy ook maar iets kan zeggen, begint ze een gesprek met Laurens die nu achter haar zit. Ondertussen blijven haar gedachten bij haar nieuwe klasgenoot. Bijzonder typje die Joy, wie leest er nu een boek tijdens de les? Na de mentorles gaat de schooldag verder met geschiedenis. Lisanne haalt opgelucht adem als ze naar het volgende lokaal loopt. Meneer Bos is een oude bekende en altijd in voor een beetje humor. Hij heeft meestal iets bijzonders te vertellen en neemt uitgebreid de tijd voor een van zijn vele interessante verhalen. Dat maakt dat ze graag zijn lessen volgt. Hij staat al bij de deur van het lokaal op hen te wachten. Voor iedereen neemt hij een moment de tijd. Ook Lisanne knikt hij vriendelijk toe. Om direct daarop volgend antwoord te geven op Laurens vraag of zijn cakeregeling ook dit jaar geldt. ‘Uiteraard Laurens, ik heb niet de illusie dat jullie dit jaar wel je boek gaan meenemen.’ Lisanne loopt naar binnen. Op de kast in de hoek van het lokaal staat nog steeds het oerlelijke gifgroene koffertje met opdrachtkaartjes. ‘Meneer, heeft u nieuwe opdrachten bedacht?’ hoort ze Tim vragen. Mirthe begint te giechelen.
18 ‘Welnee,’ zegt meneer Bos opgewekt. ‘Daar is mijn vakantie me veel te dierbaar voor. Zulke zaken bewaar ik liever voor een slaapverwekkende vergadering.’ Om Lisanne heen wordt nu meer gegrinnikt. ‘Meneer, u bent echt nog geen steek veranderd.’ ‘Hé, de plasketting hangt nog steeds hier aan het haakje,’ roept een van de jongens verbaasd. ‘Daar zou u toch mee stoppen na de zomervakantie?’ Meneer Bos wappert met zijn handen. ‘Kom jongens, naar binnen, straks krijg ik nog commentaar dat het zo onrustig op de gang is. Mensen, alle gekheid op een stokje, ga zitten. Pak je boek en schrift, we gaan beginnen!’ Lisanne gaat zitten en pakt de spullen uit haar tas. Naast heeft Joy haar etui en schrift gepakt. Ze kijkt Lisanne vragend aan. ‘Wat is dat voor mafkees?’ ‘Dat? Dat is meneer Bos. En wat je er ook van vindt, saai zijn de geschiedenislessen bij hem nooit.’ ‘Ja, dat geloof ik graag, maar een plasketting?’ Joy spreekt het woord vol afschuw uit. Lisanne grijns wordt breed. ‘Inderdaad.’ ‘Dat is toch iets voor kleuters?’ Joys stem slaat over. Laurens draait zich om. ‘Volgens meneer Bos gedragen we ons regelmatig als kleuters, dus vandaar.’ Lisanne vult zijn woorden aan. ‘Zijn vrouw werkt in het basisonderwijs.’ Joy haalt haar neus op. ‘Wat een kleuterbende, zeg!’ ‘Welnee, zie er toch gewoon de humor van,’ zegt Laurens luchtig. ‘Bovendien hebben we het nog niet eens over zijn cakestraf gehad. Drie keer je boek vergeten, betekent trakteren op cake.’ ‘Precies,’ knikt meneer Bos. Hij loopt naar hun tafeltje toe. ‘Zonder cake geen school. Wel eerst zelf proeven, want ja, hij moet wel
19 eetbaar zijn. Maar goed, dit terzijde. Volgens mij wilde ik beginnen met de les, dus als de dames en heer ook klaar zijn met hun gesprek?’ Joy rolt met haar ogen. Waar ben ik nu terechtgekomen, lijken ze te zeggen. Lisanne lacht haar uit. ‘Joh, doe toch niet zo serieus, waar zit jouw gevoel voor humor?’ fluistert ze haar snel toe als meneer Bos naar voren loopt om verder te gaan met de les. ‘Jongens, om maar te beginnen met het vervelendste deel: eind september moeten jullie een praktische opdracht voor een cijfer inleveren.’ Meneer Bos geeft hun een dikke knipoog. ‘Je mag er de komende tijd in de les aan werken en het is de bedoeling dat je in een duo of drietal werkt. Zie het als een inkomertje, hij telt niet heel zwaar mee. Later dit jaar volgt er nog een opdracht met meer gewicht.’ Lisanne kreunt. Een samenwerkingsopdracht nog wel! Lekker begin van het schooljaar. Op de een of andere manier zit zij altijd in een groepje dat niks uitvoert zodat zij alles kan doen. Of ze maakt deel uit van een groepje waar wel gewerkt wordt, maar waar alle vervelende klusjes voor haar overblijven. Nee, wat dat betreft heeft ze weinig hoop. Ze kijkt eens naar Laurens en Sander, misschien dat ze nog een kans maakt als ze bij hen aanschuift. ‘Hé, kan ik met jullie meedoen?’ vraagt ze snel. Maar Laurens schudt zijn hoofd en wijst dan naar Sander. Lisanne laat haar schouders hangen en loopt naar achteren. Achter in de hoek zitten Thirza en Elisa. Met hen heeft ze wel eens vaker samengewerkt. ‘Mag ik bij jullie?’ vraagt ze zacht. ‘Misschien,’ aarzelt Thirza en ze kijkt Elisa aan. Maar Elisa laat heel duidelijk weten dat ze daar geen zin in heeft. ‘We willen samen.’ Lisanne slaakt een diepe zucht en draait zich om. Langzaam slentert
20 ze weer naar voren. Wat is dat toch, dat het haar niet lukt? Eenmaal terug bij haar plekje treuzelt ze. Daar zit Joy, nog net zo als een paar minuten eerder. Zou zij...? ‘Wie heeft er nog geen duo of trio kunnen vormen?’ vraagt meneer Bos. Joy steekt haar vinger op. Lisanne fronst haar wenkbrauwen. Zij gaat dus echt niet haar hand opsteken. Dan ziet de hele klas dat zij weer als laatste overblijft. Gelukkig pakt meneer Bos het iets subtieler aan als hij naar hen toe loopt. ‘Joy, schuif jij maar bij Lisanne aan.’ Lisanne haalt haar schouders op. ‘Kom d’r bij,’ zegt ze dan. Maar vanbinnen kreunt het. Waarom lukt het haar nou nooit om in een leuk groepje te komen?
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==