Gevarenzone

14 Binnen loopt hij meteen de trap op naar boven. Het nachtlampje brandt nog. Rachel kijkt hem afwachtend aan. ‘Ben je niet buiten geweest?’ vraagt hij ongelovig. Rachel schiet in de lach. ‘Jawel hoor. Ik kwam meteen achter jou aan, maar ik mocht niet binnen het lint staan. En aangezien jij alleen maar oog had voor dat huis en jouw maatjes, ben ik na een tijdje maar weer naar binnen gegaan.’ Snel trekt Sander een droge pyjama aan. ‘Sorry,’ verontschuldigt hij zich. Rachel schiet in de lach. ‘Volgens mij hoef je je hier tegenwoordig niet meer voor te verontschuldigen. Ik weet hoe het werkt. Lekker bijgeklust?’ In een paar woorden legt Sander uit wat hij heeft gedaan, maar ook wat Jan vertelde. Rachel kijkt al net zo ongelovig. ‘Wat? Een politie-inval in dat huis? Daar heb ik niks van gemerkt. Wat eng dat zo’n kerel bij ons in de straat woont.’ ‘Hij zal niet meteen iets in onze straat doen,’ antwoordt Sander nuchter. ‘Dat zou ik niet te hard zeggen,’ reageert Rachel. ‘Hij steekt wel zijn eigen huis in brand.’ ‘Denk je dat hij dat zelf heeft gedaan?’ ‘Nou, ik vind het maar niks. Ik ga slapen. Morgen moet ik m’n kindjes op school weer heel wat leren.’ Sander zucht diep. ‘Ja, ik ga ook slapen.’ Toch staat hij nog een keer op en loopt naar het raam. Hij doet het gordijn iets opzij en kijkt naar buiten. Er zijn wat mensen bezig om het huis af te zetten met hekken. De brandweerauto’s zijn al vertrokken. Dan wordt zijn blik getrokken naar een auto, iets verderop in een parkeervak. Het licht van een straatlantaarn valt net naar

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==