Een topvakantie voor Paulien

6 ‘Kan zijn, maar ik vind het toch niet eerlijk.’ Annes stem klinkt gefrustreerd. ‘Als we geslaagd zijn, organiseren we een examenfeestje,’ zegt Paulien enthousiast. ‘Gaaf! Doen we!’ Carola’s ogen glinsteren. ‘Goed idee.’ Anne steekt allebei haar duimen op. ‘Zo superfijn dat we de examens achter de rug hebben. Als er geen her komt, hebben we nu al vakantie. Beseffen jullie dat wel?’ Paulien zwaait nog eens met haar tas. ‘Drie maanden!’ joelt Carola. ‘Hoe komen we die door?’ ‘Dat gaat nog een probleem worden,’ grinnikt Anne. Ze lopen de fietsenstalling binnen. Paulien blijft staan en zoekt in haar tas. Dan houdt ze hem ondersteboven. ‘Ben je iets kwijt?’ vraagt Anne. ‘Ja, mijn fietssleuteltje.’ ‘Je tas is leeg, dus dan moet dat sleuteltje toch makkelijk te zien zijn?’ vraagt Carola. Paulien schudt nog een keer aan haar tas en kijkt dan rond. Nee, nergens een fietssleuteltje te zien. Ze loopt het plein nog een keer over en speurt tegel voor tegel af. ‘En? Heb je hem?’ vragen Anne en Carola tegelijk als ze weer terugkomt in de fietsenstalling. ‘Nee, noppes. Waar is dat ding toch gebleven?’ ‘Heb je het misschien in een van je zakken gestopt?’ vraagt Anne. Paulien kijkt Anne even glazig aan. Dan slaat ze met haar hand tegen haar hoofd. ‘O chips... Ja, natuurlijk.’ Ze zoekt in de zak van haar rok en haalt het sleuteltje tevoorschijn. Ze houdt het triomfantelijk in de hoogte. ‘Echt wat voor jou,’ grinnikt Anne. ‘Als jouw hoofd niet vastzat, was je dat ook nog kwijt.’

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==