17 vinden, die haar voldeed, viel nu op het Lam Gods, hechtte zich aan Hem, reedt Hem met de geesels van Cajafas, met de doornen van Pilatus en met de nagelen van het kruis het vleesch aan flarden, totdat Hij geheel gebroken was; want Hij was de schuldige bij uitnemendheid geworden, Die Zich al de schuld had toegeëigend, Die als God en mensch in één persoon, alleen in staat was, der geregtigheid een offer aan te bieden, hetwelk alles betaalde”’. Hoe leest gij? Hier werd het plaatsvervangend lijden en sterven van de Heiland gelaakt met woorden die aanmerkelijk stuitender waren dan ds. Felix’ aanbeveling. Het ontbrak deze recensent aan inzicht in de diepte van de val, de gruwel van de zonde, de grootheid van Gods ontferming en aan geestverwantschap met de vroomheidsbeleving, leer en praktijk van de nazaten van de Nadere Reformatie. Zou hij zijn ogen nu nog eens kunnen opslaan, hij zou zich er over verbazen dat er nog steeds aanhangers van deze ‘dorre orthodoxie en onbehagelijke mystiek dier oude dagen’ te vinden zijn! Hij heeft kennelijk ook niet het historisch inzicht gehad dat er in de Vroege Kerk en de Middeleeuwen reeds een soortgelijke innige vroomheid bestaan heeft. Uit de bronnen die Ambrosius zelf aanhaalt, blijkt overeenstemming met deze meditatieve en contemplatieve vromen uit de kring van de kerkvaders en met name de middeleeuws-katholieke traditie. W.J. op ’t Hof heeft er, evenals A. de Reuver, op gewezen dat dit bij meerdere puriteinen en aanhangers van de Nadere Reformatie het geval is geweest.9 9 W. van ’t Spijker, R. Bisschop en W.J. op ’t Hof, Het Puritanisme, Zoetermeer 2001, p. 374-376; A. de Reuver, Verborgen omgang, Zoetermeer 2002. Mocht de hertaling van dit boek eveneens een ‘groten en rijken zegen’ opleveren voor hen die er gebruik van maken, dan is de arbeid van uitgever en vertaler rijk beloond. Vertaler Joannes Lampe De eerste vertaler van Ambrosius’ Het zien op Jezus was ds. Joannes Lampe (16201665). Kennelijk was hij belangrijk genoeg om niet anoniem te hoeven vertalen. Op de titelpagina van een van de 17e-eeuwse uitgaven valt dan ook te lezen: ‘En nu uit het Engels vertaald door Joannes Lampe, predikant te Obdam, bij Johannes Boekholt, boekverkoper in de Gapersteeg bij de Beurs Anno 1683’. Zoals dit het geval is met Ambrosius, is er ook opmerkelijk weinig biografische informatie te vinden over de levensloop van deze Joannes (of Johannes) Lampe, ook al prijkt zijn naam prominent op de oorspronkelijke titelpagina. Hij blijkt afkomstig te zijn uit ‘de herberg Gods’10, Bremen, waar hij omstreeks 1620 geboren werd. Op 22 mei 1643 werd hij als theologisch student te Leiden ingeschreven. Kennelijk had hij toen in zijn geboorteland al enige studie gevolgd. Lampe was predikant te Poederoyen van 1646 tot 1648, te Princenhage van 1648 tot 1652 en daarna te Obdam.11 Vervolgens heeft hij nog korte tijd in Emden, Oost-Friesland, gediend, waar hij in 1665 aan de gevolgen van de pest is overleden.12 10 Zo genoemd vanwege de vele godvruchtige predikanten en gemeenteleden die in de stad te vinden waren. 11 Predikantenregister Hervormde Gemeente van Obdam. 12 W.J. op ’t Hof, Het gereformeerde Piëtisme en de Nadere Reformatie in de classis Bommel tot 1660, z.p. 2007, p. 140. ten geleide
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==