Edelachtbare, Ooit had ik de vrijmoedigheid om een brief gericht aan u, edele, als voorwoord op te nemen in mijn boek getiteld Ultima. Sinds die tijd hebt u uw gebruikelijke gunstbetoon in toenemende mate voortgezet. Zoals de zon vrolijk is om het pad te lopen en na vele omwentelingen onvermoeid blijft, zo hebt u jaar op jaar onvermoeibaar uw grote vrijgevigheid kenbaar gemaakt. Daardoor zijn zowel ikzelf als mijn gezin bijzonder verkwikt. Daar ik niet anders kan doen dan bij wijze van dankbaarheid dit als zodanig te erkennen, zal ik zowel u, edelachtbare, als uw naaste betrekkingen aan de troon der genade gedenken. Mijnheer, nu heb ik dit werk geschreven waarin een noodzakelijk, praktisch en verheven voorrecht van ieder christen is begrepen. Het is ontstaan bij wijze van aanvulling op de andere plichten, beschreven in mijn boek Media. Vanwege mijn uitvoerige behandeling ervan heb ik het echter als een traktaat op zich apart gehouden. Waarlijk, ik verkies dit zien op Jezus als het voornaamste en het heeft mij grotelijks verbaasd dat het beschrijven ervan niet eerder is ondernomen door een bekwamer hand. Gewoonlijk gaan christenen in gebed, gebruiken zij de sacramenten, horen het Woord, lezen en overdenken het. En soms, hoewel spaarzamelijk, zetten zij zich tot de oefening van andere plichten, zoals zelfbeproeving, zelfverloochening, nut verkrijgen uit de ondervindingen, opheldering van de bewijzen, spontane en gezette meditatie, enzovoort. Maar hoe wordt intussen de belangrijkste, voornaamste werkzaamheid, ja, de plicht der plichten van het zien op Jezus geheel verwaarloosd! Aangezien velen ofwel de meesten er tot nu toe onkundig in zijn, meen ik dat het hoog tijd is om het de slaperige wereld bekend te maken. En het moge zo zijn, wanneer het helder dag wordt, dat zij zullen wandelen in het licht en God loven voor het uitdenken van een weg, waarin zij een onmiddellijker omgang mogen hebben met Jezus Christus. Ik zou wel wensen dat er anderen, meer bekwaam tot deze dienst, naar voren waren gekomen voor een nauwgezette behandeling van dit voortreffelijke onderwerp. Ik vind die wens in druk uitgesproken door een godvrezende broeder, waar hij klaagt ‘dat de liefde van Christus zo weinig overdacht werd’. Mensen zijn erg vlug geworden in het onderzoek naar andere waarheden, maar Opdracht Aan de edelachtbare William, graaf van Bedford, heer van Russel, baron van Thornehaugh.
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==