19 alleen maar boos. Ik kan heel wat beloven en mezelf heel wat voornemen, maar de zonde gaat maar door.’ Genade Is dat jouw leven? Moet je met verdriet in je hart zeggen: ‘Ja, Heere. In paragraaf 1 gaat het over mij’? Lees dan paragraaf 2. Daar gaat het over de Heere. ‘Maar hierin is de liefde Gods geopenbaard, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon in de wereld gezonden heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.’ In Zijn onpeilbaar diepe genade heeft de Heere ‘maar’ gezegd in deze gevallen wereld. Hij heeft Adam en Eva teruggeroepen toen ze bij Hem vandaan vluchtten. Hij heeft beloofd om Zijn Zoon naar de aarde te sturen om zondaren zalig te maken. Wat je leest in paragraaf 2 is een samenvoeging van 1 Johannes 4:9 en Johannes 3:16. God heeft niet alleen Zijn toorn, maar ook Zijn liefde geopenbaard. Hij is in deze wereld gaan spreken van genade voor gevallen mensen, van herstel voor verloren zondaren. ‘Maar hierin is de liefde Gods geopenbaard, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft in de wereld...’ Die God Die wij beledigd en verlaten hebben, Die wij ergeren en kwetsen, heeft het Liefste wat Hij had, Zijn Zoon, in deze stinkende, zwarte, vuile wereld gezonden. Kun je nog langer harde gedachten over de Heere hebben? Een God Die Zijn Zoon zendt, is toch niet wreed, Die doet het toch niet verkeerd? Die God Die in Zichzelf bewogen is, is toch alleen maar goed? En Hij heeft Zijn Zoon in deze wereld gezonden, ‘opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe’ (Joh. 3:16). Zie je dat het hier nog niet gaat over de verkiezing? Dat komt straks, in paragraaf 6. Hier gaat het over wat God heeft
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==