9789033131905

11 tegenwerken, zouden moeten bedenken dat zij zelf ook eens kinderen zijn geweest. Er staat in de Bijbel veel over kinderen. Lees de geschiedenissen van Ismaël, Izak, Benjamin, Mozes, Samuël en Abia. Lees de Spreuken van Salomo, en zie hoe vaak die wijze man over kinderen heeft gesproken. Lees de Evangeliën, en zie hoe vaak de Heere Jezus Christus aandacht heeft geschonken aan kleine kinderen, dat Hij ze in Zijn armen heeft genomen en hen heeft gezegend. Lees de brieven van Paulus, en zie hoe hij over kinderen spreekt. Deze dingen werden geschreven, opdat wij ervan zouden leren. Beste kinderen, denk aan dit alles en vergeet het niet. Jullie zijn nooit te jong en te klein voor God, dat Hij op jullie zal letten. Jullie zijn nooit te jong of te klein om over God te gaan nadenken. Ben je oud genoeg om ondeugend te zijn? Dan ben je zeker oud genoeg om goed te zijn. Ben je oud genoeg om te praten? Dan ben je zeker oud genoeg om je gebedjes op te zeggen. Ben je oud genoeg om verkeerde woorden te leren? Dan ben je zeker oud genoeg om teksten te leren. Ben je oud genoeg om je moeder te kennen en van haar te houden? Dan ben je zeker oud genoeg om Jezus te kennen en lief te hebben. Hij stierf aan het kruis om je ziel te redden. Jongens en meisjes, denk na over deze eerste en belangrijke les: God let op je. Bedenk dat jij op God moet letten. Let nog op iets anders vanuit de tekst: God vindt het goed dat jongens en meisjes spelen. Hij zegt ons niet dat de straten van

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==