De grote dag komt...

11 Hoe dan ook, wij kunnen ons nauwelijks voorstellen hoe verschrikkelijk dit is. Jij vindt misschien weleens een verdwaalde sprinkhaan in een plant in de achtertuin. Maar in het Midden-Oosten en in Afrika komen ze met miljoenen tegelijk. Mensen zijn vreselijk benauwd voor sprinkhanen. Ook al zijn ze maar een paar centimeter groot. Eén sprinkhaan zou je zo kunnen vertrappen. Maar ze komen met zoveel! Als ze komen, is het net alsof er een grote zwarte wolk voor de zon komt. De boeren zien ze met schrik en verbijstering aankomen. Want... je kunt er niets tegen doen. Ze landen op de akkers en beginnen te knagen. Eén sprinkhaan hoor je natuurlijk niet eten, maar als miljoenen sprinkhanen tegelijkertijd beginnen te knagen, dan hóór je ze aan de bladeren vreten. Het werk van sprinkhanen Sprinkhanen zijn kleine beestjes, maar Joël vergelijkt ze in Joël 1 met ‘tanden van een leeuw’. Eén sprinkhanengolf is al erg. Je ziet dat het koren voor je ogen wordt opgegeten. Binnen enkele uren weet je: dat wordt hongerlijden! Je ziet ze naar de wijnstokken gaan; de druiven, de bladeren, alles wordt verslonden. Maar het blijft niet bij één golf. Als de eerste golf voorbij is, komt er een tweede. En als deze tweede vloed aan sprinkhanen voorbij is, komt er een derde. En daarna een vierde. Alles wat eetbaar was, op de akkers, in en om het huis, het is allemaal wég! In vers 7 tekent Joël de plaag in beeldende taal. Daar spreekt de Heere: ‘Het heeft Mijn wijnstok gesteld tot een verwoesting’. Zie je de wijnstokken uit het Midden- Oosten voor je, waaraan grote, sappige druiven hangen?

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==