19 dere gedaante zien. Dit is echter niet het onderwijs van God; het is er oneindig ondergeschikt aan. Evenmin is het de openbaring van enkele waarheden die niet in de Bijbel staan. De wonderen die God openbaart staan allemaal in de wet. Sommigen beelden zich misschien in dat bepaalde woorden zich aan hun gemoed opdringen, zoals: ‘Ik heb u verlost; gij zijt Mijn’, of: ‘Ik heb u liefgehad en ben voor u gestorven.’ Maar zo worden de wonderen der wet niet geopenbaard. Dit is ontzettend ondergeschikt, en het is waarschijnlijk puur bedrog. b. Wat het wel is. Zij schenkt de ziel een besef van de wonderlijke uitnemendheid van de weg der zaligheid, zoals die in het Evangelie wordt voorgesteld. ‘Opdat ik Uw wonderen aanschouwe.’ Vóór zijn bekering las hij dezelfde woorden in de Bijbel, herhaalde hij dezelfde waarheden van de Catechismus, maar toen zag hij daarin geen wonderen. Nu ontdekt hij echter de wonderlijke natuur ervan. Iemand die naar de zon kijkt als het mist, zal waarschijnlijk niets bijzonders zien; maar als de mist is opgetrokken en de zon weer schijnt in haar volle glorie, wordt hij vervuld met een wonderlijk besef van haar heerlijkheid. Zo is het ook met de heerlijkheid van Christus, de betere Zon. De mens wordt vervuld met een wonderlijk besef van de heerlijkheid van de Persoon van Christus. Hij aanschouwt Hem als de ‘Roos van Saron, een Lelie der dalen’. Hij wordt vervuld met een besef van de wonderlijke wijsheid en vrede in de weg der zaligheid door Jezus Christus. Ook al
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==