62 deze tollenaar? (Luk. 18:11). Hoeveel heidenen zullen in dit opzicht diegenen te boven gaan die belijden christenen te zijn! Toch leefden en stierven zij als vreemdelingen van de juiste weg tot de zaligheid. Zie wat die ‘arme’ rijke jongeling zei: ‘Al deze dingen heb ik onderhouden van mijn jonkheid aan’ (Luk. 18:21). 5. Rusten op uitwendige vroomheid Sommigen kunnen verder komen dan beschaafdheid, en bereiken een soort uiterlijke heiligheid en uitwendige vervulling van godsdienstige plichten, zoals horen, lezen, bidden en ten Avondmaal gaan. Zij rusten hierop en komen toch om. Want het is maar hun eigen weg, het is niet de goede Weg. Hadden de dwaze maagden ook geen lampen, en wachtten zij niet met de anderen? (Matth. 25). Velen zullen in die dag zeggen: ‘Wij hebben in Uw tegenwoordigheid gegeten en gedronken, en Gij hebt in onze straten geleerd. En Hij zal zeggen: Ik zeg u, Ik ken u niet vanwaar gij zijt; wijkt van Mij af, alle gij werkers der ongerechtigheid!’ (Luk. 13:26, 27). Waren de Joden niet veel bezig met plichten en uiterlijke instellingen? En zie hoe de Heere hen allen toch verwerpt (Jes. 1:11-15 en 66:3). 6. Het hebben van veel kennis Veel kennis kan velen bedriegen. Omdat zij kunnen praten over de godsdienst, spreken over zorgen in het geweten, bijbelteksten kunnen behandelen en dergelijke, denken zij dat het daarom alles goed met hen is, terwijl dat helaas maar een glibberige grond is om op te staan. De farizeeën zaten op de stoel van Mozes en leerden soms een gezonde leer, toch waren zij in hun hart vijanden van Jezus (Matth. 23). En zullen er niet velen zijn die voor zichzelf de hemel willen bepleiten door te zeggen dat zij in Zijn Naam geprofeteerd hebben? (Matth. 7:22). Er is een kennis die opgeblazen maakt (1 Kor. 8:1). Sommigen zijn er die een werkzame en praktische kennis schijnen te hebben, en niet alleen maar een beschouwende kennis. Enigen kunnen de besmettingen van de wereld ontvluchten door de kennis van de Heere en Zaligmaker Christus Jezus, en daardoor toch weer verstrikt en overwonnen worden, zodat hun laatste erger is dan het begin (2 Petr. 2:20-22). Ik stem toe dat kennis goed is, maar zij is Christus niet. En dus is dat de weg tot de Vader niet. En helaas leunen velen daarop en komen ten slotte bedrogen uit. 7. Een schijnbare ernst in de godsdienst Er is een soort schijn van ernst in de vervulling van de plichten en in het zoe-
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==