11 Ze blijven kijken hoe hij de ruiters leert om in de goede galop aan te springen. ‘Niet opzij gaan hangen,’ zegt hij tegen het meisje dat Muis berijdt. ‘Je brengt het paard uit evenwicht en dan lukt het niet om de galop goed aan te springen.’ Even later lacht het meisje trots als Muis het goed doet. Papa steekt zijn duim naar haar op. Iza en Emma blijven kijken tot de les is afgelopen. Papa komt naar hen toe. ‘Is er iets?’ vraagt hij. De meisjes schudden tegelijk hun hoofd. ‘Emma wil de paarden gedag zeggen voor we weggaan,’ legt Iza uit. Papa moet erom lachen. ‘O, o, jullie kunnen geen dag zonder de paarden.’ ‘U ook niet,’ zegt Iza. ‘Daar heb je gelijk in.’ Papa trekt Iza plagend aan haar vlecht. ‘Weet je wat, vraag maar of jullie Muis en Jolly mogen poetsen.’ Dat vinden Iza en Emma een goed idee. Na de les moeten de ruiters zelf het paard verzorgen waar ze op hebben gereden. Dat hoort erbij. ‘Natuurlijk mag je Muis poetsen. Lekker makkelijk voor mij,’ lacht het meisje dat Muis poetst. Ze geeft de harde borstel aan Iza. Ook de jongen die Jolly heeft bereden vindt het goed dat Emma Jolly poetst. De meisjes doen lang over het poetsen van Muis en Jolly. Steeds knuffelen ze de pony’s even. Papa schudt zijn hoofd. ‘Het lijkt wel of jullie afscheid moeten nemen voor een jaar. Jullie gaan maar een paar dagen weg.’ ‘Het voelt alsof het een jaar is,’ zegt Emma.
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==