9 -2Een leuk plan ‘We gaan nog een weekje op vakantie,’ zegt mama als ze zitten te eten. ‘Nog een keer? We zijn toch net geweest?’ zegt Eva verbaasd. ‘Jaaa! En Tijn mag mee, hè?’ Mees wipt op en neer op zijn stoel. ‘Waar gaan we naartoe?’ ‘Rustig, Mees, blijf jij eens gewoon zitten,’ zegt papa. ‘Waarom denk je dat Tijn meegaat?’ ‘Ik hoorde mama vanmiddag bellen met tante Ellen. Ik was een... slavink.’ Mama moet lachen. ‘Een luistervink, Mees.’ ‘Vertel nou, mam!’ zegt Eva ongeduldig. ‘De ouders van een collega van mij hebben een huisje in het bos,’ vertelt mama. ‘Gaan we naar die mensen?’ vraagt Mees. Hij trekt een vies gezicht. ‘Sst, laat me nu eens uitpraten.’ Mama kijkt streng naar Mees. Dan gaat ze verder: ‘Die mensen hebben kippen en als ze weggaan, moet er iemand voor die kippen zorgen.’ Eva zegt: ‘Dat is leuk, mama, maar vertel nou eerst over onze vakantie.’ ‘Meestal zorgt hun dochter voor die kippen, maar dat kan nu niet,’ gaat mama verder. ‘Dus ze zoeken
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==