Hittegevaar

9 Als hij eindelijk buiten staat, klikt hij zijn masker los van zijn helm. ‘Wat een hitte.’ Mark knikt en trekt ook zijn masker los. ‘Onvoorstelbaar.’ Al pratend lopen de twee brandweermannen naar Ton en Ferdi, die al bij de oefenleider staan. ‘Hoe gaat het?’ vraagt instructeur Arnold. ‘Goed, maar zo warm heb ik het zelden meegemaakt.’ Sander pakt zijn flesje water van een ton en neemt een paar slokken. Arnold schiet in de lach. ‘Dat horen we vaker.’ ‘De hele container was heet, maar toen ik die laatste deur opendeed, werd het helemaal verschrikkelijk,’ merkt Mark op. ‘Vergeet niet dat je al drie oefenscenario’s hebt gedraaid. Kijk naar je pak. Dat is doorweekt en gaat in de hitte dus gigantisch stomen. Dat maakt het er niet beter op.’ Sander ritst zijn jas los. ‘Ik denk dat ik brandplekken heb.’ ‘Waarom ben je dan niet teruggegaan?’ vraagt Arnold. Sander haalt zijn schouders op. ‘Het is m’n taak om die brand te blussen,’ antwoordt hij eenvoudig. Langzaam doet Arnold zijn helm af. ‘Dat klopt. Maar je eigen veiligheid staat voorop. Ik adviseer je om laag bij de grond te blijven en goed op jezelf te letten, mocht je in de toekomst in zo’n situatie terechtkomen. Als jij denkt dat je het niet volhoudt, kun je je beter terugtrekken en je bevelvoerder vragen om iemand anders naar binnen te sturen of de aanpak te veranderen.’ Sander draait de dop krachtig op zijn flesje. Dat zou hij dus nooit doen. Toch ziet hij dat zijn collega’s begrijpend knikken. ‘Hebben jullie nog andere punten, voordat ik deze inzet bespreek?’ Ton schudt meteen zijn hoofd, maar Mark knikt. ‘Als het zo

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==