Een nieuw begin voor Noa

6 Drie kwartier is lang als je niets te doen hebt. De lampen in de aula heeft ze al vaak geteld. Het zijn er zestien. Het aantal ramen komt op tien. En de deuren die ze vanuit de aula kan zien, dat zijn er vijf. Noa zucht diep. Ze zou een spelletje op haar telefoon kunnen spelen. Maar telefoongebruik op school is verboden. Nou ja, eigenlijk alleen onder de les. En nu zit ze in de aula. Haar hand verdwijnt zoekend naar haar telefoon in haar tas. Ze moet toch íéts te doen hebben. ‘Hé Noa, ben je eruit gestuurd?’ Noa kijkt op, recht in het vragende gezicht van Thijs. ‘Nee, ik zit hier voor de lol.’ Er glijdt een trek van verbazing over Thijs’ gezicht. Dan breekt er een lach door. ‘Ja, dus. Van Oosten zeker?’ ‘Hoe weet jij dat?’ Thijs gaat op de rand van de tafel zitten. ‘Iedereen weet dat die man geen orde kan houden.’ ‘Dat klopt.’ Noa trommelt met haar vingers op de tafel. ‘Maar het gekke is dat hij mij altijd moet hebben. Ik word bijna iedere les om iets onbenulligs eruit gestuurd.’ ‘Wat heb je gedaan?’ ‘Niks!’ Noa’s stem schiet verontwaardigd uit. ‘Alleen mijn agenda uit mijn tas gepakt, omdat ik er iets in wilde schrijven. Hij zal wel gedacht hebben dat ik niet goed oplette.’ ‘Beroerd voor je.’ Thijs bungelt met zijn benen. ‘Als Van Oosten je niet mag, dan lig je er binnen de kortste keren bij hem uit.’ ‘Letterlijk,’ lacht Noa. ‘Nou ja, niets aan te doen. Ik zit hier de drie kwartier wel uit.’ ‘Moest jij je niet melden bij Jansma?’ ‘Nee.’ Noa draait zich een kwartslag om, alsof Jansma ineens de

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==