9789033131301

12 zondag 1 Gemeente, het is altijd goed omeen antwoord te geven tussen deHeere en ons hart. Waarin zoekt u uw troost? In de achting en de eer van mensen? Sloven we ons ervoor uit om door anderen geprezen te worden, of zoeken we onze troost in geld en goed? Wij mensen zijn in staat om als blinde mollen door de aarde te wroeten vanuit de overweging dat geld de arbeid verzoet en ons hart kan troosten. Waar zoeken we onze troost in? In het hebben en dragen van schitterende sieraden en het met heel veel smaak uitzoeken van mooie kleding? Waar zoeken we onze troost in als we kunstzinnige gaven hebben? In de orgelmuziek vanBach? In schitterende schilderijen van onze oudemeesters? Is dat het wat ons hart in beslag neemt, waarin we onze troost zoeken? Natuurlijk is het zo dat er in die dingen door Gods algemene goedheid een zeker genoegen mag liggen, maar het biedt geen blijvende troost. Het kan ons niet ten volle troosten, maar in onze blindheid denken wij dat wel en gaan we in dat soort zaken op! Maar, waar we onze troost ook zoeken, altijd weer zal het woord van de wijze Salomo vervuldworden: ‘Het hart zal ook in het lachen smart hebben en het laatste van die blijdschap is droefheid.’ Hoe vaak is het niet zo dat er in het leven achter een zekere opgeruimdheid een diepe droefheid schuilgaat.Wij mensen zien maar aan wat voor ogen is. Veel opgewektheid is maar voorgewend en is alleen het gordijn dat hangt voor de moeite en het verdriet in het leven. Nogmaals, gemeente, het is goed omde vraag die de Catechismus aan de orde stelt, in de allereerste plaats te beantwoorden tussen de Heere en ons hart. U moet antwoord geven. Welke troost denkt u te hebben aan uw uitstekende maatschappelijke positie, wanneer u door een ongeneeslijke ziekte op bed terechtkomt? Welke troost denken wij te hebben aan de liefde van onze man of onze vrouw, als de vrees voor de toorn Gods ons aangrijpt in ons uiterste? Gemeente, daarom is die vraag zo treffend en zo diepingrijpend. Wat is úw enige, wat is uw geheel enige, unieke troost in leven en sterven beide? Er is geen persoonlijker vraag te bedenken en het heeft ook geen enkel nut om te weten wat de troost van een ander is, als we zelf aan die troost geen deel hebben. Er is niets persoonlijker dan zalig worden. Er is niets persoonlijker dan met God in rekening staan. Habakuk zegt het al: ‘De rechtvaardige zal door zijn geloof leven.’

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==