9789033131813

13 WIJ ZIJN DES HEEREN uitkijkt naar de kijkavond op school, dan is dat iets fijns, hè? Maar is dat nu alles? Jongeren, dat je blij wordt van een nieuwe auto, een financieel extraatje, het krijgen van verkering, het is allemaal mooi. Maar is dat nu alles? Gaat daar alleen maar je hart naar uit? Gemeente, waar verlangt u naar? Het gaat in deze dienst over troost, over echte, ware troost. Die troost is ook exclusief: het is de énige troost. Al het andere is maar schijnvertroosting, iets wat je verliezen moet, wat je niet mee kunt nemen, wat je kwijtraakt. Het is goed om heel kort de achtergrond aan te wijzen van Romeinen 14. Toen Paulus deze brief aan de gemeente van Rome schreef, was keizer Nero aan de macht. Er zit een akelige klank in die naam. Hij was een huiveringwekkende, wrede keizer die zijn eigen moeder vermoordde en ook een van zijn vrouwen. Hij haalde het in zijn hoofd om christenen (de meest trouwe burgers als het goed is) in te smeren met pek en levend te laten verbranden als verlichting in zijn tuin... Toen Ursinus en Olevianus, 26 en 28 jaar jong, de Heidelbergse Catechismus schreven in opdracht van Frederik de Vrome, ook wel de Wijze genoemd, of Frederik III de keurvorst van de Paltz in Duitsland, en die in 1563 lieten uitgeven, was het ook zo’n donkere tijd. Toen rookten de brandstapels en werden mensen levend begraven, gemarteld en verdronken... De protestanten beefden. Ik ben bang dat wij van die salon-christenen geworden zijn. Je hoeft niet te verlangen naar verdrukking, vervolging en terreur, maar juist die moeilijke tijden zijn vaak wel betere tijden geweest voor de kerk van God dan de tijd en de omstandigheden waarin wij leven. Want dat gezapige, misschien wel wereldgelijkvormige leventje als salon-christen is zo nameloos leeg. Overweeg dat toch eens! Wat is je enige troost, waar gaat je hart naar uit, waar leef je nu eigenlijk voor, wat houdt je op de been? Onder de leden van de levende Kerk is het vaak ook zo treurig gesteld. In de Romeinenbrief lezen we waar de eerste christenen druk mee waren. Mag je wel of mag je geen varkensvlees eten? Moeten de feestdagen van het Oude Testament onderhouden worden of niet? Is het drinken van een beetje wijn (alcohol) goed, of moet je het helemaal afkeuren? Paulus neemt een wonderlijke, maar schriftuurlijke middenpositie in. Maar het is wel aangrijpend: terwijl er zóveel aan de hand is, terwijl het bloed van de

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==