9789033132117

17 God en Zijn dienst heel hun leven in vergetelheid gesteld hebben, die geen tijd meer over hadden om te zondigen. Hun zandloper is bijna leeggelopen en zij hebben slechts een ogenblik van genade over. Ze staan op de rand van de eeuwigheid om via een gewelddadige dood of door een zachte dood op hun sterfbed over te stappen in een poel van eeuwig vuur. O, als God op zo’n moment iemand wederom geboren doet worden, hetzij in de gevangenis of op het doodsbed, wat geeft dat een geroep in de stad en soms ook door een gehele provincie! Ieder die het hoort en het werk van God in zijn hart kent, staat in zichzelf verbaasd en dankt en verheerlijkt de Heere met gevouwen handen en opgeslagen ogen naar de hemel voor Zijn almacht, wijsheid, ontferming en menslievendheid. Dan roept hij uit: ‘Wonderlijk zijn Uw werken, o Heere! U laat Uzelf vinden door hen die naar U niet zochten, Gij ontfermt U over wie U wilt en Gij verhardt wie Gij wilt. Uw gedachten, noch Uw wegen zijn als onze wegen.’ ‘Wie is een God gelijk Gij, Die de ongerechtigheid vergeeft en de overtreding van het overblijfsel Zijner erfenis voorbijgaat? Hij houdt Zijn toorn niet in eeuwigheid, want Hij heeft lust aan goedertierenheid’ (Micha 7:18). Zulke voorbeelden van Gods wonderlijke en weergaloze ontferming heeft de ervaring hier en elders reeds laten zien. Gods Woord spreekt hierover weliswaar niet zoveel. Maar dat is geen wonder, want het is iets bijzonders, wat zelden gebeurt. Niemand mag zich door zorgeloosheid hieraan vergapen. Er is echter een voorbeeld van een van hen, opdat de ware boetvaardige, al was het op zijn uiterste, de moed niet op zou geven. Ik bedoel de moordenaar die met de Heiland aan het kruis hing. Deze ontving bij zijn dood de belofte van het eeuwige leven, toen de Messias hem op zijn verzoek toesprak: ‘Voorwaar zeg

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==