9789033132346

7 Even later zitten ze met zijn vieren te genieten van de pannenkoeken. ‘Echt lekker,’ zegt Else. ‘Ik ben blij dat ik thuis ben komen lunchen,’ zegt Seths vader. ‘Dit is lekkerder dan een boterham uit een zakje.’ Seth schudt zijn hoofd. ‘U neemt nooit brood mee in een zakje,’ zegt hij. ‘Dat zei ik toch ook niet?’ zegt papa, terwijl hij Seth een knipoogje geeft. ‘Nog een?’ zegt mama. Ze legt bij iedereen nog een pannenkoek op het bord. ‘Wat wil jij erop?’ zegt Seth tegen Else, terwijl hij een flinke scheut schenkstroop op zijn pannenkoek doet. ‘Wil je de jam aangeven?’ zegt Else. Seth rolt zijn pannenkoek op. Hij neemt een flinke hap, maar aan de achterkant van zijn pannenkoek druipt de stroop op zijn handen. ‘O, Seth, een beetje minder mag wel,’ moppert mama. Seth likt zijn vingers af. ‘Wel lekker,’ zegt hij. ‘Dat vinden die wespen ook,’ merkt Else op. Op dat moment ziet Seth de wespen ook. Er zoemen er vier rond de eettafel. ‘O nee! Ik wil dat niet!’ roept Seth. Een van de wespen landt naast de klodder stroop die op de tafel is gevallen. Seth slaat naar de wesp, die gelijk opvliegt, maar dan blijft zoemen rond de hand van Seth. ‘Die heeft de dag van zijn leven,’ zegt papa. ‘Jam, stroop en poedersuiker. Feest voor de wespen.’ ‘Ik wil dat niet!’ zegt Seth weer, terwijl hij woest om zich heen slaat. ‘Relax, man,’ zegt Else. ‘Als je niet zo wappert, doen ze niets.’ Ze neemt onverstoorbaar een hapje van haar pannenkoek.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==