9789033132391

18 ‘Jolien!’ Mirella roept haar naam zo luid, dat andere leerlingen verbaasd omkijken. ‘Hij moet goed met Arthur en Edward kunnen opschieten,’ gaat Jolien verder. ‘Denk je dat Jeroen hun type is?’ ‘Jullie zijn echt hopeloos,’ zucht Mirella. ‘Zullen we het over iets anders hebben? Wanneer gaan we de stad in? Jullie willen toch met me mee voor een nieuwe tas?’ ‘Natuurlijk,’ zegt Thirza. ‘Dat had ik toch al gezegd? Jij gaat toch ook mee, Jolien?’ ‘Ja, gezellig. Wanneer?’ ‘Zaterdagmiddag. Kunnen jullie dan?’ Mirella kijkt hen vragend aan. ‘Of hebben jullie met Edward en Arthur afgesproken?’ ‘Nee hoor, dat kan wel,’ zegt Jolien. ‘Ik werk tot twaalf uur bij bakker Joost, dus we hebben de hele middag. Hoe laat? En gaan we met de bus?’ ‘Ja, goed.’ Mirella knikt. ‘Zullen we om één uur vertrekken?’ De meiden knikken enthousiast. ‘Dat is de moeite.’ Jolien steekt haar duim op. ‘Leuk om met ons drieën de stad weer eens in te gaan.’ ‘Hoe kom je er eigenlijk bij om de laatste tijd steeds naar school te fietsen?’ vraagt Thirza. ‘Had je geen zin meer in de bus?’ ‘Nee.’ Mirella doet haar lege lunchbox weer dicht en stopt die in haar tas. ‘Dat wachten bij de bushalte was ik zo zat. En ’s morgens was de bus iedere keer stampvol. Meestal moest ik blijven staan omdat er geen plekje meer was om te zitten.’ ‘Dat is ook zo,’ knikt Thirza. ‘Je voelt je soms net een sardientje in een blik. En dan al die parfum en zweetluchtjes. Ik werd er pasgeleden gewoon een beetje misselijk van.’ ‘Snap je?’ Mirella knikt voldaan naar Thirza. ‘Fietsen is gezonder en je bent lekker buiten. Het bevalt me prima.’ ‘Helemaal mee eens,’ vindt Jolien. ‘Na die ene heftige winterse bui ben ik ook een poosje met de bus gegaan. Maar nu fiets ik weer.’

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==