25 In Jesaja 52 komen we het woord ‘verstandiglijk’ ook tegen. De profeet spreekt aan het begin van de vierde profetie over de Knecht des Heeren: ‘Zie, Mijn Knecht zal verstandiglijk handelen.’ Mogen we hier dan wijzen op Hém, de Heere Jezus Christus, de Meerdere van Jozua? De grote Knecht handelt verstandiglijk! Jozua was de dienstknecht van Mozes, Christus is de grote Dienstknecht van Mozes. Hij is niet gekomen om de wet en de profeten te ontbinden, maar om die te vervullen. Zó vervult Hij alle gerechtigheid. Hij verlost Zijn volk van de heerschappij van de wet. Hij vervult voor hen de wet en gaat die wet Zijn volk leren. Als de Heere door de bediening van de Meerdere van Jozua Zijn wet als een spiegel in ons hart opricht, leren we onszelf kennen als de grootste zondaar voor God. Dan gaanwe leren dat we door de onderhouding van de wet niet zalig kunnen worden. Wat een wonder wordt het, als alles voor ons vastloopt en in de dood eindigt, en er dan zicht mag komen op Hém, de Heere Jezus Christus, de grote Wetsvolbrenger. Hij is het Einde der wet voor een ieder die gelooft. Als God in het leven van de dankbaarheidZijnwet inschrijft in het hart, leren we naar die wet te wandelen. Hoe smartelijk moet het ingeleefd worden dat we dagelijks struikelen in vele. Zo wordt Gods volk uitgedreven naar de Heere Jezus Christus. Hém krijgen we nodig als de Levensbron. Want alleen in Zijn kracht zal het kunnen zijn: ‘Alsdan zult gij verstandiglijk handelen.’ De bron van de dankbaarheid ligt in de Meerdere van Jozua, de Heere geeft heil! Hij is Zijn Kerk gegeven, niet alleen tot wijsheid en rechtvaardigheid, maar ook tot heiligmaking, ja, tot een volkómen verlossing!
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==