Elk stukje in het dagboek begint met een of meerdere Bijbelverzen en eindigt met twee vragen en een psalm om te zingen. Het Woord vooraf eindigt ook met een psalm. Een psalm om aan de Heere Zijn zegen te vragen: Heer’, ai, maak mij Uwe wegen, Door Uw Woord en Geest bekend; Leer mij hoe die zijn gelegen, En waarheen G’ Uw treden wendt. Leid mij in Uw waarheid, leer IJv’rig mij Uw wet betrachten; Want Gij zijt mijn heil, o Heer’, ’k Blijf U al den dag verwachten. Psalm 25:2 De schrijfster
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==