9789033132537

16 die een zaak moest beoordelen, riep waar dat mogelijk was getuigen op. Dat deed hij met de verwachting dat die goede en bekwame getuigen met een eensluidend getuigenis zouden komen. Het geeft natuurlijk meteen al iets aan wat we niet moeten vergeten als het gaat over de kern van het onderwerp ‘getuigen’. Wat betekent het als je in de nieuwtestamentische gemeente geroepen wordt om getuige te zijn? De rechter moet erover kunnen oordelen. De rechter zal aan de getuige vragen: ‘Hoe komt u aan dat getuigenis?’ U snapt wel dat je dan niet klaar bent met een verhaal uit het roddelcircuit. Een rechter neemt geen genoegen met een getuige die zegt: ‘Meneer de rechter, ik heb het van mijn zoon gehoord, en die heeft het weer van zijn buurvrouw, en die heeft het van haar nichtje.’ Dan zegt de rechter: ‘Aan u heb ik niks. Gaat umaar naar huis.’ Nee, die rechter vraagt: ‘Heb je het zélf gezien? Heb je het zélf gehoord? Wat je vertelt, is dat het verhaal dat via je eigen oren en via je eigen ogen geregistreerd is?’ En dat zal dan blijken uit het feit dat er minstens een of twee anderen zijn die precies hetzelfde verklaren. Zoals gezegd komen we bij ‘getuigen’ in het Oude Testament terecht in de sfeer van de rechtsspraak.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==