12 Dus: Onderwijs over het ware geluk. 1. Het ware geluk; 2. De zonde; 3. De vergeving der zonden. 1. Het ware geluk Door Gods goedheidmogen we elkaar weer ontmoeten onder het Woord. Als we dan geroepen worden onder u het Woord van God te verkondigen en dit onderwijs over het ware geluk aan de orde is, wil ik u een vraag stellen, en ook jullie, jonge vrienden en kinderen. Bent u gelukkig? Jonge vrienden, zijn jullie gelukkig? En jullie, kinderen?Misschien is er iemand diemet deze vraag innerlijk in de problemen komt. Zeg dominee, het is nog niet zo lang geleden dat mijn man plotseling overleed, of: mijnmoeder overleed na een ernstige ziekte.We hebben zo veel zorg in de familie, zo veel ziekte. En er is zo veel verwarring en strijd. Mijn verkering is uitgegaan. Ik ben mijn baan kwijtgeraakt. En nu komt u met zo’n vraag: bent u gelukkig? Ik heb het er te moeilijk mee om die vraag te beantwoorden. Ik begrijp het. Misschien is er een ander die volop van het leven geniet; die optelt wat hij allemaal heeft aan voorspoed en welvaart. Een huis om in te wonen, een mooie baan, het is rustig en vredig in de familiekring, en er is zelfs nog financiële ruimte om op vakantie te gaan of uitstapjes te maken. Weer een ander zegt: Ja, dat is eenmooie vraag omde preekmee te beginnen. Ik voel me echt wel gelukkig, want ik heb dit en dat en ik kan zus en zo.Het kan zijn dat er een kind is, dat zegt: Dit is niet zomaar een vraag. Bent u gelukkig? Dat is geen vraag op straat, maar het is een vraag die in de kerk gesteld wordt. Want in de kerk denken we toch verder dan het hier en nu. In
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==