9789033131929

6 u zich bevindt? Kijk eens goed naar uw huis. Het is de naam van huis niet eens meer waard.’ ‘Waar bemoeit u zich mee?’ zegt de man. ‘Dit is mijn huis. Daar heeft u niks mee te maken.’ ‘Maar ik heb juist het beste met u voor,’ zegt de architect. ‘Want ik zie dat het helemaal niet goed gaat. Hoe durft u hier nog te wonen? O, ik moet er niet aan denken wat er kan gebeuren! Dat zou ik zo erg voor u vinden.’ ‘Maak u toch niet zo druk over mij. U ziet het veel te somber in. Man, ik woon hier al mijn leven lang. In dit huis ben ik geboren. Ik heb het hier prima naar m’n zin. Denk maar niet dat ik ga verhuizen. En ik ga het huis ook niet opknappen, want dat kost me te veel geld. Trouwens, er is nog nooit iets gebeurd. Dus het zal heus wel blijven staan hoor, zo lang ik leef.’ ‘Hoe kunt u dat toch denken?’ zegt de architect. ‘Ik bemoei me echt niet zomaar met u, maar ik waarschuw u uit liefde. Ik wil niet dat u straks omkomt onder de puinhopen van uw huis.’ Hij wenkt naar de bewoner. ‘Kom eens even naar buiten, dan zal ik het u laten zien.’ De bewoner van het huis heeft er niet veel zin in. Onwillig zet hij een paar stappen buiten de deur. De architect wijst naar de muur. ‘Kijk eens naar die scheur, daar in de zijmuur. Die loopt helemaal van boven naar beneden. En moet je de voorgevel zien! Die is helemaal scheef gezakt en hangt zo ver naar voren dat die bijna instort. Heeft u weleens naar uw dak gekeken? Al die pannen die weggewaaid zijn... man, het is zo lek dat het binnen net zo hard regent als buiten. Heeft u het niet vreselijk koud in uw huis? Doordat alles verzakt is, kunnen de ramen niet eens meer goed dicht.’ De bewoner haalt onverschillig z’n schouders op. Dan kijkt de architect naar binnen in de gang. Wat is het daar vies door stof en vuil... Verschrikt slaat hij een hand voor zijn mond. ‘Man! De balken van je zolder zijn doorgezakt. En ze zitten vol houtwormen die er gaatjes in hebben gegeten. Durft u nog boven te komen en over de zolder te lopen? Doe dat alstublieft niet meer, want vandaag of morgen zakt u erdoorheen!’ Maar de bewoner is helemaal niet onder de indruk. ‘Man, man,’ zegt de architect, ‘ik moet u heel ernstig waarschuwen. Als het midden in de nacht gaat onweren, waaien en regenen, zal uw huis instorten. U ligt dan misschien rustig te slapen, maar u zult wakker schrikken en bedolven worden onder de puinhopen van dit krot. Dan zult u het er niet levend afbrengen. Misschien zal dat al heel snel gebeuren, ook al verwacht u het helemaal niet.’ ‘Kom, kom, niet zo somber,’ zegt de

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==