7 een vergelegen land, en heeft aldaar zijn goed doorgebracht, levende overdadiglijk. Wij schrijven onder deze tekstwoorden: Van vaders erf naar een vergelegen land. We letten op: 1. De vraag naar vaders goed, vers 12a. 2. Het verlaten van vaders huis, vers 13a. 3. Het leven buiten vaders oog, vers 13b. De Heere geve ons licht van Boven om deze Schriftwoorden recht te verstaan,maar ook om ons eigen beeld te mogen zien in de spiegel die ons vanuit deze gelijkenis wordt voorgehouden. 1. De vraag naar vaders goed Gemeente, iemand heeft eens gezegd: ‘Al zou de hele Schrift verloren gaan en alleen Lukas 15 behouden blijven, dan zou de kern van het Evangelie zijn bewaard.’Wat is dat waar! Het Evangelie van Gods opzoekende zondaarsliefde schittert ons in dit vijftiende hoofdstuk.Het is een hoofdstuk dat drie gelijkenissen bevat. De Heere Jezus heeft deze gelijkenissen uitgesproken als antwoord op de ontevredenheid van de farizeeën en de schriftgeleerden, over Zijn omgang met de tollenaren en de zondaren. Hij ontving en onderwees hen niet alleen, maar ging zelfs met hen aan tafel. Daarover gaat het in de eerste twee verzen van Lukas 15. Ze vormen de inleiding op de drie gelijkenissen die volgen. Overal waar Jezus komt, zien de farizeeën en de schriftgeleerden hetzelfde gebeuren: er komt volk op de been. En wat voor
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==