10 Indianen Lars en Lieke spelen op de zolder. Daar staat een grote kist met verkleedspullen. Ze gaan bruiloftje spelen. Lieke is de bruid. Ze slaat een groot stuk gordijn om zich heen. ‘Doe jij het witte overhemd van papa aan?’ vraagt ze. Maar Lars luistert niet naar Lieke. ‘Ik wil geen bruidegom zijn, maar een soldaat,’ roept hij stoer. Lars zoekt in de kist naar groene kleren.Maar dat vindt Lieke niet leuk. ‘Ik houd niet van schieten.’ Lars denkt even na. Opeens heeft hij een plan. ‘Zullen we indiaantje spelen? Dan ga ik een pijp roken. En jij maakt van dekens een tent.’ Dat vindt Lieke goed. Onderin de kist vindt Lars een verentooi. Hij trekt een rode trui van papa aan. Zijn sokken doet hij uit. Want indianen lopen op blote voeten. Lars maakt van lego een pijp. Daarna bouwt hij van rode blokken een vuurtje. Lieke verkleedt zich ook. Uit de kist haalt ze een lange, bruine jurk van mama. ‘Nu moet je je haar nog in twee vlechten doen. Dat hoort zo,’ vindt Lars. Lieke loopt naar beneden. ‘Mam, wilt u twee vlechten maken?’ Mama pakt een kam. Ze doet Liekes haar. ‘Waarom wil je eigenlijk dat ik je haar vlecht?’ vraagt mama. ‘We spelen indiaantje,’ vertelt Lieke. ‘Lars heeft van lego een pijp en een vuurtje gemaakt.’ I 10
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==