9789033131783

48 Hoewel in dit vers maar een paar woorden staan, bevatten ze toch de volgende vier grote zaken, waartoe we ons zullen beperken, om er des te duidelijker over te spreken42: 1. Het grote onderwerp van de prediking en de grote boodschap van de predikers is om Jezus Christus te verkondigen en om de blijde tijdingen over Hem te verbreiden. 2. De grote plicht van de toehoorders – die hier ingesloten wordt – is om deze prediking te geloven, en uit kracht hiervan ertoe gebracht te worden om op Jezus Christus te rusten en te vertrouwen. 3. Het ongeloof is de grote, hoewel algemene zonde van de meerderheid onder de hoorders van het Evangelie. Wie heeft geloofd? Dat betekent: Weinigen hebben het Evangelie geloofd. Het is een zeldzame zaak om iemand aan te treffen die deze prediking gelooft. 4. De reden voor de grote klacht, bedruktheid en droefheid van een oprechte leraar van het Evangelie is dat zijn boodschap niet wordt aangenomen, dat Christus niet aangenomen wordt, dat er niet in Hem geloofd en op Hem gerust wordt. Dit is de grote klacht die leraars hebben over de meerderheid van de mensen. En dit is de grond van hun klacht tot God, dat wat zij ook over Christus voordragen, Hij niet verwelkomd wordt en Zijn Koninkrijk niet voorspoedig is. We zullen nu spreken over het eerste punt, over de strekking van de woorden in onze tekst. We zullen de volgende zes leerstellingen eruit trekken: De bekendmaking van Christus als de blijdste boodschap voor een volk Eerste leerstelling. De eerste leerstelling is een meer algemene lering, dat de openbaring van Christus Jezus en de bekendmaking van Hem de grootste en blijdste boodschap en de uitnemendste prediking is die ooit tot een volk gekomen is of komen kan. Er is geen vergelijkbare zaak die hun kan worden aangezegd en geen vergelijkbare boodschap die zij kunnen horen. Dit is de prediking waar de profeet over spreekt als hij het een uitnemende zaak noemt, een prediking die alle andere predikingen overtreft en te boven gaat. Dit is nieuws dat waard is om door de engelen verkondigd te worden. ‘Zie’, zegt een van hen (Luk. 2:10), ‘ik verkondig u grote blijdschap, die al den volke wezen zal.’ Wat is deze boodschap, die met een Zie ingeleid wordt? ‘Namelijk dat u heden geboren is de Zaligmaker, Welke is Christus de Heere, in de stad Davids.’ Dit is de goede boodschap: dat Jezus Christus gekomen is en dat Hij ambtshalve de Zaligmaker is. We zullen hier niet lang bij stilstaan, alleen zeggen wij: 42. Durham behandelt de volgende punten in deze eerste en de volgende elf preken. Punt 1: Preek 1 en 2. Punt 2: Preek 3-5. Punt 3: Preek 6-8. Punt 4: Preek 9-12.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==