9789033132032

10 Hij heeft met maar vijf broden en twee vissen heel veel mensen eten gegeven. Je kunt wel begrijpen dat de mensen daar zelf ook diep van onder de indruk zijn. Ze vertellen het aan andere mensen. En die willen de Heere Jezus dan ook weleens zien. Ze zóéken de Heere Jezus. Intussen varen de discipelen na die bijzondere gebeurtenis van de wonderbare, wonderlijke spijziging over het Meer van Galilea weg. Ze varen naar de omgeving van Kapérnaüm. En de Heere Jezus komt tijdens deze boottocht ook aan boord. Maar het lukt ze niet om wat afstand van de mensen te nemen. De mensen komen hen achterna en ze vinden de discipelen en de Heere Jezus dan ook ergens in de omgeving van Kapérnaüm. Dat moeten we even op ons in laten werken. Al die mensen die op de been gekomen zijn en achter de Heere Jezus aan komen... dat is toch heel mooi? Ik stel me zo voor dat Hij Zelf daar toch ook wel heel blij mee zal zijn geweest. De Heere Jezus neemt de tijd voor hen. Maar in het gesprek dat dan op gang komt, blijkt dat Hij precies begrijpt waarvoor ze gekomen zijn. De Heere Jezus kijkt dwars door hen heen. Lees maar mee, in vers 26: ‘Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, gij zoekt Mij, niet omdat gij tekenen gezien hebt, maar omdat gij van de broden gegeten hebt en verzadigd zijt.’ Het gaat ze dus niet zozeer om de tekenen van de Heere Jezus, om het Koninkrijk van God waar deze tekenen bij horen. Maar ze willen graag iets bijzonders meemaken. Ze willen ook weleens brood van de Heere Jezus eten. De Heere Jezus zegt er dan achteraan dat ze er beter aan zouden doen om te werken voor dát eten dat níét vergaat. Voor het geestelijk voedsel dus, eten dat blijft tot in eeuwigheid. Die boodschap lijken de mensen niet te begrijpen. Maar de Heere Jezus is geduldig. Hij zegt het in vers 29: ‘Dít is het werk van God, dat u gelooft in Hem Die Hij gezonden heeft’, in de Heere Jezus dus. En dan gaat de Heere Jezus aan de hand van een heel gewoon voorbeeld uit het dagelijkse leven iets heel belangrijks vertellen

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==