9789033132148

14 dwijnt de gemeente helemaal. Dan wordt het weer donker in de lichtstad. Daarom: ‘Gedenk waarvan gij uitgevallen zijt, wees dan ijverig en bekeer u!’ Efeze moet terug naar de Bron, terug naar de troon van Gods genade. Daar vindt ze de eerste liefde terug. Bekeert u! Neem de toevlucht tot de enige Redder en Zaligmaker. Belijd eerlijk uw ontrouw, ongeloof en liefdeloosheid. Neem er afstand van! Dat is het eerste. En het tweede is: wederkeren. Wederkeren tot Hem, smekend om genade. Want genade alleen kan redden. U hebt het ontvangen... maar u hebt het veracht! Als u echter Zijn liefde blijft negeren, zal uw kandelaar worden weggenomen (Openb. 2:5). Naam en afzender (vs. 1) Paulus noemt zich in de aanhef van de brief een apostel, een gezondene van Jezus Christus. De apostel heeft nooit kunnen denken dat, toen hij op weg was naar Damascus om daar Jezus’ volgelingen gevangen te nemen (Hand. 9:1-2), hij Hem zo lief zou krijgen. Deze Jezus heeft hem onderweg niet alleen stilgezet, maar ook geroepen en gezonden om in Zijn Naam het Evangelie te verkondigen. Niet door mensen, maar door de wil van God is hij geroepen. Op de roeping en de wil van God baseert hij zijn apostelschap. Daarin ligt zijn mandaat en zijn kracht. Aan Jezus Christus, de Koning van de Kerk, ontleent hij zijn gezag. Deze Christus is voor de schuldverslagen ziel zoet en voor het verbroken hart dierbaar. Daarvan weet Paulus uit eigen ervaring. God stortte Zijn liefde uit in zijn hart. Door Zijn genade won

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==